Pedofilie.
Nooit mijn ding geweest. Ik vind dat je seksueel af moet blijven van kinderen en babies, doodeenvoudig omdat het nooit een horizontale evenwichtige relatie is. Blovendien wordt zo'n kind weggegooid als het geen kind meer is.
Dus Sytze en Kees en Martin mogen van mij op de vlucht.
Scherper dan scherp treft me het misbruik door R.K. priesters en paters en enkele nonnen. Immers zij leven in de pretentie dicht bij God te staan. De pretentie druipt ervan af. De hoogmoed van deze godgewijde personen, de arrogantie, waarmee de meesten van hen ons, zich boven het doodgewone lekenvolk wanen lijkt onuitroeibaar. En is nog een fors graadje erger als het om ontmoetingen met vrouwen gaat. Nooit heeft die kerk ook maar één stap gezet als het om respect t.o.v. vrouwen gaat. Vrouwen mogen nooit priester worden. Het celibaat voor mannen is heilig. En dan staan ze er -zo min mogelijk!- van te kijken als godgewijde mannen zich aan babies en jonge kinderen vergrijpen. Het verweer is dan: "in de gewone maatschappij gebeurt het toch ook?" Ja, maar 'gewone' pedo's hebben niet die godgewijde arrogantie en pretentie. En gebruiken God ook niet om aan hen toevertrouwde jongetjes te lokken.
Groot was mijn verbazing dus, en mijn bewondering, toen ik op het blog van een gerespecteerd CDA-raadslid in de Randstad, Aart Paardekooper, het volgende las:
Op bedevaart?
geplaatst op 18 december 2011 in de categorie Opinie
"Gisteren wilde ik bij Nieuwsuur wegzappen, maar bleef ik hangen toen ik Van Eijk in beeld zag tijdens een bijeenkomst met Deetman, slachtoffers en andere betrokkenen. Vanaf zijn tweede zin ging het m.i. mis. Hij dook de techniek van het rapport Deetman in. Een paar zinnen later zapte ik weg. Misschien heb ik het gemist maar hij had er maar één boodschap hoeven brengen: ik schaam me diep. Om daarna duidelijk te maken dat hij met de kerkelijke leiding alles zal doen om wat fout is gegaan, goed te maken en te helpen voorkomen in de toekomst. Nooit meer misbruik in de kerk. Dat had de boodschap moeten zijn. Mensen als Reagan, Kok en Blair verstonden de kunst om mensen in crisissituaties te raken met hun boodschap. Dit was voor Van Eijk c.s. zo’n situatie en hij miste deze kans. Vandaag werd in de mis van de Petrus- en Pauluskerk in Leidschendam een brief van alle bisschoppen voorgelezen. Met duidelijke spijtbetuiging. Helder. Laat, maar duidelijk. En nu? Ik bedoel na de compensatie en de onvermijdelijke maatregelen ter voorkoming van? Ter plekke schoot me de gedachte te binnen dat het goed zou zijn als de bisschoppen op pelgrimage zou gaan, Van Eijk voorop. Zonder zweepslagen op een ontblote rug of zo, dat was voor in de donkere middeleeuwen, maar minstens te voet. Stap voor stap. Dag voor dag. Week voor week. Naar Lourdes. Of Rome, dat moet men zelf uitzoeken. En idem weer terug. Ter boetedoening en vertoning van deemoed. Niemand kan dat zo goed als de kerk. Om te laten dat men toegewijd is aan herstel van de relatie met slachtoffers én (daarmee ook) de samenleving. Om de wereld te laten zien dat dat niet alleen vanuit met woorden beleden wordt, financieel getoond wordt (mede met mijn geld) en managementtechnisch onder controle komt, maar ook vanuit het hart gemeend is. Tuurlijk, een paar bisschoppen moeten achterblijven om de tent te runnen en de benodigde maatregelen te nemen. Maar alle schijnwerpers op de pelgrimage van Van Eijk c.s. Ouderwets? Ja. Maar behupzaam. Naast ratio wordt ook gevoelsmatig gedaan wat gedaan moet worden. En voel ik me behalve boos op degenen die deze wantoestanden hebben veroorzaakt, ook geraakt door wat ik ervaar als vereist moreel leiderschap van degenen die het nu voor het zeggen hebben. In de wetenschap dat het makkelijk is om anderen te vertellen wat ze moeten doen en moeilijker om zelf te doen wat nodig is, dit advies aan Van Eijk c.s.
http://www.aartpaardekooper.nl/
Labels: grrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrr
Hot item: ouder worden.
Om nog maar niet te spreken over oud worden zonder -er.
Golf van begrafenissen lijkt even voorbij, dus de golf van afscheids-droefenissen ook. Véél daarvan zou er ook niet meer bij kunnen.
Op 't ogenblik lijkt het wel alsof alle conversaties waar ik in tuimel over oud(er) worden gaan.
Al langer bestaat natuurlijk dat idiote statement van een deel van de jongeren dat ons verwijt op hun kosten te leven, als er op onze hoofden zilv'ren draden tussen 't goud verschijnen. Net alsof wij niet driftig meedoen aan de consumptiemaatschappij waar zij hun brood en huis en auto mee verdienen. En alsof wij niet driftig meebetaald hebben aan onze pensioenen die nu gekort worden. Nee,laten we het dáár maar niet weer over hebben.
Kwalen. Dat wel. Tja, en dát is niet misselijk. Sinds enkele maanden hoor ik bij de rollatorerenden in dit ouderencomplex. Wel blij dat ik dat ding heb, want ik beweeg tenminste. Alleen gaat je gevoel van zelfwaarde daar niet mee omhoog.
Wel met wat ik zojuist gekocht heb: een speciale wandelstok met ergonomische houdgreep. Voor de heel korte eindjes neem ik m'n rollator niet mee in Dushi2, de 2e versie van m'n schatje van een brommobieltje. Met als gevolg dat ik korte eindjes meed. Lukt niet altijd. Auwauwau dan, mijn versleten rug.
Zag een wandelloopstok bij 'n vriendin (die ook een rollator heeft, geen Dushi, maar wel weer een elektrische fiets,- ja je krijgt een heel assortiment hulpmiddelen als je ouder wordt!).
Laat er nu hier in mijn Eindhoven een Ouderenwinkel gekomen zijn! Vlak bij het centrum. Waw! Wat je daar niet allemaal ziet!
Een schat van een oudere heer snapt mijn korte-stukjes-probleem helemaal en meet mij een wandelstuk aan (met ergonomische houdgreep dus). En dan geschiedt het Wonder.
Wat mijn Dushi2 niet vermocht, en wat mijn rollator niet vermocht, dat vermag mijn wandelstok meteen! Hij geeft mij zwier.
Binnenin mij staan, denk ik, alle oude baronnen op, en alle oude gravinnen, en mijn oude vader die aan stijl hechtte, en mijn overgrootvader die inlanders als slaven hield, en mijn betovergrootmoeder die bedienden met de stok placht te geven als ze niet vlug genoeg waren met het opvolgen van haar orders,- kortom, mijn rug recht zich in zelfrespect. Ik bèn er weer. Als een seigneur, of toch minstens als een grande dame, schrijd ik naar de parkeerplaats. Mijn humeur op slag verheugd, mijn houding waardig, bijna flanerend. Zoekend naar wie ik genadig kan toewuiven met mijn vrije hand.
Het enige wat ik nu nog mis is een flambard of een andere, maar wel flamboyante hoed.
Maar daar waait het nu te hard voor.
Labels: Hannah alweer gelukkig