"En, hoe voelt het nou om 70 te zijn, en eindelijk oud?"Vraag die m'n wijde omtrek nu wel durft te stellen.
Ik kan niet anders antwoorden dan
"vurrukkulluk!"Alles kan ineens. Alles wordt ineens van je getolereerd. Vrijuit kun je praten, opmerkingen lanceren op onbeleefde momenten, en met je linkerbeen slepen,- ze vinden het allemaal even aardig.
Op de ochtend van mijn 70e werd ik wakker met een sereniteit die me sindsdien niet meer verlaten heeft (ik geef toe dat er pas een paar weken overheen zijn gegaan). Het was alsof ik samenviel met mezelf. Vrede. Witglanzende vrede.Sinds die dag regent het wondertjes."Dat je nog zo kwiek loopt!" was het commentaar van een vriendin die me af kwam halen bij station X. (Moet je natuurlijk dat woordje 'nog' even vervagen, net als bij "je hebt nog mooie benen", en "je huid ziet er nog zo goed uit!")."Dat je nog zoveel doet!", een kennis die het had over de zomerweek in de Dordogne die ik over een kleine week ga geven. Ze moest eens weten: eindelijk ben ik zo ver dat ik dat durf! Want elke ochtend sta ik op met het verrukkende besef van een rijk, rijk geworden geest, met zoveel erin, zoveel rijks en zoveel aan ervaring, dat ik me zorgen maak over mijn sterven: waar moet dat allemaal naar toe? Wat is er heerlijker dan mogen uitdelen en daarover wisselwerken met levenden?En dan die vergadering. Oké, het was enigszins provocatief om daarheen te gaan met mijn Tibet-shirt anti Beijing (5 handboeien en Beijing 2008 op diepzwart). Men kéék ook. Maar die stemming sloeg helemaal om bij de openingsronde, waarop ik meldde een 70-jarige aktiviste te zijn. "Nemen ze je dan nog wel serieus?" Tuurlijk, algemeen worden ouderen niet zo serieus meer genomen in deze maatschappij. Het vreemde is dat ik zoiets soms wel voelde tijdens mijn 60er jaren, maar nu ik 70 ben, en daar rond en duidelijk voor uit kom, is dit totaal omgeslagen. Vooral als je taal van heden spreekt, en díe heb ik goddank goed bijgehouden. En het is ook zo verrukkelijk om afspraken vóór half elf's ochtends vlakaf te kunnen weigeren: 'nee, dan ben ik nog niet op m'n best, hè? (samenzweerderig glimlachje)' (ik kom nooit m'n bed uit voor half negen à negen). Hetzelfde bij vergaderingen die om tien uur 's avonds nog niet afgelopen zijn.Vrijheid!Nou ben ik ook geen type dat zich neerlegt bij het beeld van oudjes die niks meer bij te dragen hebben en alleen maar voor zich uit mogen mummelen. Integendeel: de mens is mij als een plant: eerst de wortels en de stengel, en dat duurt lang. Pas helemaal op het einde komt de bloem en de vrucht. Pas helemaal op het einde! En toch zijn bloem en vrucht het kostelijkste aan een plant, juist dat waar we naar uitkijken. Omdat zij het meeste bijdragen aan de voortgang. Bloem en vrucht, dat ben ik nu.Neemt niet weg dat ik voluit dol ben op dat imago van pittig pienter praktisch oud wijffie. Met radikaal-spiritueel pookje.==================================Labels: toch een mooie wereld
Een reactie posten