~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~‘
Het gaat kennelijk niet zo zonnig met je’, schreef N van het tijd-schrift S na het lezen van m’n laatste weblogs. Nou, dat had ze verkeerd. In het signaleren van het
‘allene’ in mensen zat/zit een enorme beweging een nog volstre
kt onbekende kant uit.
Ik meen namelijk dat besef van ‘
het allene’ een belangrijke ontwikkeling is in onszelf. Over het algemeen hebben we járen achter de rug van onderscheid, apartheid, afgescheidenheid, persoonlijke opgang en hoop op individuele verlichting. Plus, in grote delen van de wereld: één God, ver búiten en boven de mens. De Grote Grap is dat het Westen, dat deze wereld voor het laatste kwart ging domineren, deze God zo ver buiten zich verplaatste dat Hij (ja, het was een Hij) op een gegeven moment dood verklaard werd. We vernamen dan ook niks meer van Hem.
Onder andere hierdoor kwam een mens nogal los te staan van alles. Er was geen Opperwezen meer bij wie men verhaal kon halen, tot wie men om diepe vertroosting bidden kon in nood, of die jou beloonde voor elke goede daad of Daad.
Een and
ere oorzaak voor het losraken was het verdwijnen van de bloedbanden. Dicht bij de huid: het losraken van familiebanden, en de daarbij horende familienormen en -waarden,- verder van de huid: het migreren van hele delen van de aardebevolking naar heel andere streken dan die waarin men van oudsher was geworteld.
Een derde oorzaak: de verstedelijking. Bindingen met de natuur ontglipten ons. Nu zoeken we rust, stilte, liefde en lieflijkheid in haar, maar zo is ze in werkelijkheid niet. In werkelijkheid omvat ze het hele leven met vuur en water en dood en leven. Dat ervaren we niet meer, omdat we over het algemeen ‘de natuur’ opzoeken in haar meest getemde vorm. En dan nog! Echt erin leven is voor ons niet meer aan de orde.
Dit kun je lang verhullen. Maar bij een aantal mensen, onder wie ikzelf, kómen er nachten, en dus ook dagen, waarop het voelt als een nacht zonder sterren.
Dan is er alleen de adem.
Goddank dat er dan alleen nog maar de adem is. Want dat helpt je los te laten waar je je altijd op verlaten hebt, in deze cultuur, in deze jaren.
Tot voor kort waren wij namelijk geprogrammeerd op een heel kleine beweging: van het begin van een mensenleven naar het sterven, en dan moest dat leven ook
‘af’ zijn, en iets ‘
opgebracht’ hebben, of tenminste ‘
bij hebben gedragen áán’. Dit is effect-denken, tot in het hoogste spirituele toe!, en het heeft ons heel doelgericht gemaakt. Heel ‘succesvol’, als je het zo wilt noemen.
Het heeft ons zo gemaakt dat we best wel zoektochten wilden aangaan, mits er aan het einde ook maar gevonden werd. In de ban van de ring op voorwaarde dat we die ring uiteindelijk dan ook om onze vinger konden schuiven, zeggend: ‘
kijk ‘s!’Het was dus het resultaat dat de beweging lonend maakte, en dat de ontberingen draaglijk maakte.
Wat ik ontdekte, omdat ik erbíj bleef, in die nacht zonder sterren, wat ik ontdekte dank zij vragen van M uit Zwolle,
dank zij het op diepere lagen lezen van Dan Brown’s afgekraakte bestseller ‘
Het Verloren Symbool’,
dank zij het mogen delen in het onbaatzuchtige bewegen in vriendinnen L in Fryslân en C in mijn Brabant,
dank zij het uitglijden in de sneeuw die maar niet ophield te vallen en te vallen, was de kracht in het bewegen zelf. In het zoeken zelf. In het op weg zijn zelf.
Oké, het is al oud, dat “
Ik ben de Weg, de Waarheid en het Leven”, maar je moet er wel rijp voor wezen om de energie erin te ervaren!
In deze jaren leven er, zag ik ineens in het donkerste van de sterloze nacht, dus vlak vóór de ochtendstonde, het zoekende bewegen van honderdduizenden mensen omdat zij de zoektocht ZIJN. Omdat hun leven niet alleen de grote zoektocht van deze mensheid nu op deze aarde weerspiegelt, maar omdat zo’n zoektocht niet bestaan kan zonder mensen die de zoektocht léven. Kun je van jezelf zeggen: ‘
ik ben het bewegen van de zoektocht’, zonder te hopen op voleinding, op het resultaat, op het àffe?
Ik moet zeggen dat ik er zelf heel wat moeite mee heb gehad met voor mezelf te erkennen dat ik een stukje zoektocht van deze tijd representeer in mijn leven, zonder te rekenen op het Licht dat alles Bekronen zou, als een krans van goudglanzende laurierbladeren om mijn hoofd. Het is echter die hoop die je buiten deze roerige tijd zet. Het is juist die verwachting van effect (het door jou uitgevonden en ingekaderde effect) die alle vrijstromendheid barricadeert.
Saamhorigheid met je tijd betekent dat je erkent dat je een zoekende beweging in haar bent. Jij bent haar effect niet. Niemand van ons is al haar effect; daar is het nog veel te vroeg voor.
Het geeft mij alle recht van bestaan als ik mezelf erken als deel van de dappere zoektocht van deze mensheid-in-transit. Als deel van deze beweging. Het is juist doordat ik mezelf herken als noodzakelijke onderbeweging in haar woelige stroming dat ik de liefde kan opbrengen voor al die andere bewegers, die in wezen niet ‘ander’ zijn. Liefde voor hun beweging die ‘hun leven’ heet. Ik bèn mijn tijd. Zij ook. Daarin zijn wij, mensen en aarde, samen.
Het duurde lang bij mij voordat mij deze grond onder m’n bestaan, en onder het bestaan van heel veel bewustzijnszoekers zichtbaar werd. En wellicht vind jij die dit leest het niks. Kan. Mag.
Maar ik heb het gevoel dat, als de beweging gaat zien dat ze in beweging gezet is, de dingen die voor een transit nodig zijn wel eens heel snel kunnen gaan gebeuren.
Samengestelde beweging, weetunog?
Een reactie posten